Ridder der Vagebonden van Het Kapersnest, Don Fabulist, is een doorgewinterde verteller die de overleveringen koestert. Omdat hij zekere tradities in de Nederlandstalige vertelwereld mist, zoekt hij de laatste jaren aansluiting bij traditionele vertellers in Frankrijk. Daar hebben onder andere stem-, ademhalings- en bewegingstechnieken hem nog dichter bij de magie van het oervertellen gebracht.
Bezield en met grillige lichaamstaal verhaalt Don sagen, legenden, mythen, sprookjes, sproken en prozaverzen. Tevens zingt hij met gebronsde stem ballades die hij dikwijls in de geheime zwerverstaal, Bargoens, ten berde brengt.
Hij vertelt in scholen, in bibliotheken, in zalen en in open lucht.
Voor kinderen vanaf 8 jaar heeft Don Fabulist een brede waaier aan vertellingen en aan wereldverhalen over wat zich in de hemel, op de aarde en onder de aarde afspeelt.
Bij jongeren vanaf 12 jaar staan eerder authentieke sagen, zoals Heer Halewijn, en/of legendes centraal. Ook mythen kunnen aan bod komen. De verteller benadert de goden graag als allesdoordringende natuurkrachten.
Voor volwassenen voert Don Fabulist de luisteraar vaak door een duister, maar twinkelend, universum. Middels een guirlande aan verhalen, prozaverzen en gezangen brengt hij ode aan de verworpenen en aan verdoemde schrijvers. Voorbeelden hiervan zijn slavenvertellingen, verhalen van Edgar Allan Poe, prozagedichten van Charles Baudelaire en ballades van François Villon.
Bij de verhalen voor volwassenen horen eveneens ongekuiste sprookjes, waarin bijvoorbeeld ook de misantropie van H.C. Andersen en de ondeugendheid van Giambattista Basile tot hun recht komen.
Tenslotte kan het gebeuren dat Don Fabulist eigen werk brengt. Daarvoor vindt hij dikwijls geestelijk voedsel bij de beschouwingen van de alchimisten en van Helena Petrovna Blavatsky.